Start Preken Leespreken Biografie Hulp Links Contact

Psalm 14 vers 1 t/m 7

Omhoog

 

 

  

 

    

 

 

 

 

horizontal rule

Beluister

Thema De totale verdorvenheid van de Mensen.
Preekplaats Vlaardingen
Datum 22-10-1972
Bijzonderheid Geen bijzonderheden
Tekst 1 [Een] [psalm] van David, voor den opperzangmeester. De dwaas zegt in zijn hart: Er is geen God. Zij verderven het, zij maken het gruwelijk [met] [hun] werk; er is niemand, die goed doet. 2 De HEERE heeft uit den hemel nedergezien op de mensenkinderen, om te zien, of iemand verstandig ware, die God zocht. 3 Zij zijn allen afgeweken, te zamen zijn zij stinkende geworden; er is niemand, die goed doet, ook niet een. 4 Hebben dan alle werkers der ongerechtigheid geen kennis, die mijn volk opeten, [alsof] zij brood aten? Zij roepen den HEERE niet aan. 5 Aldaar zijn zij met vervaardheid vervaard; want God is bij het geslacht des rechtvaardigen. 6 Gijlieden beschaamt den raad des ellendigen, omdat de HEERE zijn Toevlucht is. 7 Och, dat Israels verlossing uit Sion [kwam]! Als de HEERE de gevangenen Zijns volks zal doen wederkeren, [dan] zal zich Jakob verheugen, Israel zal verblijd zijn.

horizontal rule

 

 

 

www.DsHuisman.nl