Lambertus Huisman, geboren op 3 oktober 1926 te Nieuw-Beijerland, had godvrezende ouders. Na de lagere school volgde hij technisch onderwijs. Daarna diende hij een aantal jaren bij de Koninklijke Marechaussee. Hij was gelegerd in Limburg. dicht bij de Duitse grens. Aanvankelijk leefde hij naar het goeddunken van zijn eigen hart, doch de Heere zette hem stil op de weg die hij ging en bracht hem onder het gehoor van Ds. G. Zwerus die toentertijd eens het Woord bediende in de kleine Gereformeerde Gemeente in Maastricht. De Heere gebruikte deze predikatie als middel in Zijn hand om hem als een verloren zondaar aan de voeten van de Christus der Schriften te brengen. Na beëindiging van zijn dienstverband vestigde hij zich weer in zijn geboorteplaats, waar hij onze gemeente aldaar diende in het ambt van ouderling. Op 17 mei 1956 trouwde hij in Zeist met Alida van Dam.
Inmiddels als bedrijfsleider werkzaam in een fabriek te Zwijndrecht, gevoelde hij roeping tot het leraarsambt. De dienst des Heeren liet hem niet meer los en zo voelde hij zich geroepen om als predikant ook anderen de weg der zaligheid te mogen verkondigen. Na onderzoek werd hij in 1957 door het Curatorium toegelaten tot de studie aan de Theologische School.
Op 21 september 1961 is de 34-jarige kandidaat L. Huisman door Ds. H. Rijksen tot Dienaar des Woords te Vlaardingen bevestigd. De bevestigingstekst was naar aanleiding van 2 Korinthe 5:19 en 20: "Want God was in Christus de wereld met Zichzelven verzoenende, hun zonden hun niet toerekenende; en heeft het woord der verzoening in ons gelegd. Zo zijn wij dan gezanten van Christus wege, alsof God door ons bade; wij bidden van Christus wege: laat u met God verzoenen". Met een predikatie naar aanleiding van Lukas 22:27b werd door Ds. Huisman in de avonddienst intrede gedaan. "Maar Ik ben in het midden van u als Eén die dient". Het thema was: Een dienende Christus, welke was 1. tot die dienst afgezonderd, 2. tot die dienst bekwaam en 3. tot die dienst gewillig. Vlaardingen heeft hem niet minder dan twaalf jaar als haar predikant mogen bezitten. In zijn prediking was Christus en Christus alléén de inhoud ervan. Gedrongen door de liefde van Christus was het zijn liefste werk om Hem in elke predikatie voor te stellen als het Lam Gods, Dat de zonde der wereld wegneemt. Met grote zeggingskracht, en bedeeld met genade en gaven, werd het woord der verzoening in het midden der gemeente gelegd. Zijn prediking had een sterk appellerend karakter en was op het hart van alle hoorders gericht en door de bediening des Geestes was zij in betoning van geest en kracht.
Naast de eigen gemeente werden reeds snel meer algemene taken Voor de Gereformeerde Gemeenten op zijn schouders gelegd. Zo benoemde de Generale Synode van 1962 hem in de door het overlijden van ds. J.B. Bel ontstane vacature, als deputaat voor de Uitwendige Zending. Deze verantwoordelijkheid nam nog belangrijk toe toen ds. A. Elshout het beroep naar de Amerikaanse gemeente Artesia aannam en ds. Huisman het penningmeesterschap van ds. Elshout overnam. Er was toen nog geen zendingsbureau, zodat alle werkzaamheden die in ons land voor de zending gedaan moesten worden door de zendingsdeputaten zelf moesten worden verricht. Ds. Vergunst verzorgde de correspondentie; ds. Huisman verzorgde het materiële gedeelte, de aankopen, de verschepingen en de financiële afrekeningen. Hij werd op deze wijze zeer intensief bij het zendingswerk betrokken. Op 26 augustus 1971 besloot de Gereformeerde Kerk van Suid- Afrika (G.K.S.A.) een poging te doen om
een blanke sendingsleraar in Nederland te zoeken voor een meer blijvend goed georganiseerd zendingswerk onder de zwarte bevolking. Dit verzoek werd o.a. gericht aan zendingsdeputaten van de Gereformeerde Gemeenten. In maart 1973 bezocht ds. Huisman de gemeente Sannieshof en die Mareetsane sendingsgebied. Na een tweede bezoek deelde hij de kerkenraad mede dat hij een beroep om als zendings- predikant te worden uitgezonden, in ernstige overweging zou nemen. Het is begrijpelijk dat Vlaardingen met gemengde gevoelens aan het verzoek van de zendingsdeputaten om haar eigen predikant als zendingspredikant te beroepen, voldeed. Ds. Huisman nam dit beroep aan en nam op 2 september 1973 afscheid. Er was weemoed in het hart van de predikant, zijn gezin en de gemeente.
De tekst van de afscheidspreek was 2 Korinthe 1 : 18, 19 en 20. Het thema was: Het onveranderlijke Woord van God. Achtereenvolgens stond Ds. Huisman stil bij: Gods
'ja' in Christus Jezus en het amen der gemeente door Christus Jezus.
Op 6 september 1973 werd Ds. Huisman bevestigd tot zendingspredikant. De tekst waarmee hij zich aan het zendingswerk verbond was Johannes 17: 20 en 21. Het vertrek naar Zuid-Afrika bracht een grote verandering teweeg in het leven van hem en zijn gezin. Ook voor hen werd het bewaarheid: "Mijn wegen zijn hoger dan uw wegen en Mijn gedachten dan ulieder gedachten".
In Zuid-Afrika heeft ds. Huisman veel en nuttig werk mogen verrichten. Grote veranderingen hebben daar plaatsgevonden. Zijn van God gegeven organisatorische gaven kwamen hier goed tot haar recht. De school voor de opleiding van evangelisten werd reeds in 1974 officieel geopend. De Secola tsa Mojadi (school van de Zaaier) is voor het evangelisatiewerk van zeer groot nut geweest. Ds. Huisman was hier de stuwende kracht, maar werd daarbij later door andere zendingswerkers krachtig gesteund. Zo zijn er meer dan 30 plaatsen waar het Evangelie verkondigd wordt. De Heere heeft ook door de arbeid van Ds. Huisman het zendingswerk willen zegenen, zodat er velen uit de duisternis van het heidendom mochten komen tot Zijn wonderbaar licht. Ondanks alle teleurstelling en strijd, wordt daar toch iets zichtbaar van de vervulling van Gods belofte, dat de heidenen zullen vragen naar de Wortel van Isaï, Die staan zal tot een banier der volken.
In de verlofperioden verbleef het gezin Huisman meestal in de oude vertrouwde pastorie in Vlaardingen. Ds. Huisman mocht dan weer als vanouds de gemeente dienen met de prediking van een volkomen Zaligmaker voor in zichzelf verloren zondaren. Zij had aan kracht en helderheid niets ingeboet, zodat het ervaren mocht worden dat Christus alles is en in allen.
Tijdens de laatste verlofperiode werd het 25-jarig ambtsjubileum van Ds. Huisman herdacht. In deze dienst, die op 21 september 1986 gehouden werd, bediende hij het Woord uit Hooglied 5:16b: "En al wat aan Hem is, is gans begeerlijk".
Ter gelegenheid van
het 25 jarige ambtsjubileum van Ds. L. Huisman verwoordde de
voorzitter van de kerkenraad van de Ger.Gemeente van Vlaardingen
zijn prediking als volgt:
"Geachte
Ds. Huisman, Geliefde Broeder,
Wanneer ik
als voorzitter, namens de gemeente, een enkel woord tot u mag
richten, dan is er in ons hart een ootmoedige erkentenis voor
wat de Heere ons -als Zijn Gemeente- in u wilde schenken. Vijf
en twintig jaar geleden, op 21 september 1961, hebt u uw
ambtswerk mogen aanvangen met de woorden:”Maar Ik ben in het
midden van U als Een die dient.” Die begeerte om onze geliefde
Zaligmaker, in al Zijn schoonheid aan een ellendig en een arm
volk voor te stellen, straalde toen reeds van uw gezicht en deze
is er tot op de dag van vandaag niet van weggegaan. De Heere
heeft ons toen als Gemeente van Vlaardingen bezocht, daarin Zijn
belofte vervullende, zoals we die lezen in artikel 3 van onze
Dortse Leerregels: Opdat de mensen tot het geloof zouden
gebracht worden, zend God goedertierenlijk verkondigers van een
gans blijde boodschap. Een blijde boodschap met als inhoud:”
Alzo lief heeft God de wereld gehad dat Hij Zijn enig geboren
Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet
verderve, maar het eeuwige leven hebbe”. Tot zulke verkondigers
mag u nu vijf en twintig jaar behoren. Dat is een wonder! Maar
het grootste wonder is dat de Heere u en ons samen die vijf en
twintig jaar gedragen heeft. Dat Hij U de kracht gaf en de
Liefde om in de prediking van het Evangelie, zowel in onze
gemeente, die u lief was, als ook elders, Christus te verhogen
zodat Hij gezien werd door ellendigen en armen. En dat U daarin
ons hebt toegeroepen:”Neemt van de wateren des Levens om niet.”
En in die
nodiging van het Evangelie, die zich uitstrekt tot hongerigen en
dorstigen, tot ellendigen en bekommerden, belasten en beladenen
daar hebt u hen gebracht tot aan de voet van het kruis. Dat was uw
liefste werk! U hebt de nodiging daartoe echter niet beperkt.
Maar u hebt -naar luid van het Evangelie- ook de stijven van
hart en degenen die verre van de gerechtigheid waren en die hun
geld uitgaven voor hetgeen geen brood was gelokt tot deze
Zaligmaker. En daarvoor zeggen wij -als Gemeente van Vlaardingen-
de Heere hartelijk dank dat Hij u tot ons gezonden heeft. Om de
mensen te roepen tot bekering en geloof. En toen u die
verschrikkelijke werkelijkheid zag waarin het mensdom gevallen
was, dat zich niet bekeerde en niet geloofde, toen hebt u
nochtans geleund en gesteund op het Woord van God:”Voorwaar,
voorwaar zeg Ik u: De ure komt, en is nu, wanneer de doden
zullen horen de stem des Zoons van God, en die ze gehoord
hebben, zullen leven”. En Christus alzo verhoogd zijnde bleek
het leven en de kracht van Uw bediening. Zo hebben wij Hem in uw
prediking mogen aanschouwen. Hem in Zijn lijden aanschouwt als
het lijden dat waarlijk weegt in Gods weegschaal, de tranen
gezien die de Vader bewogen en we hebben in Zijn offerande een
volkomen vrede gevonden.
Geliefde
Broeder, de Heere gaf u ons als een genadig geschenk. U hebt met
rijke zegen in onze gemeente en ook daarbuiten mogen arbeiden.
Twaalf jaren lang was het een ”goed huwelijk” met de gemeente,
volgens uw eigen woorden."
Een groot aantal gemeenten werd gesticht in Zuid-Afrika en deze kregen in de loop der jaren eigen predikanten en/of evangelisten. Zendingswerk is werk dat als doel heeft zichzelf overbodig te maken, zodanig dat gestichte gemeenten zelfstandig kunnen voortbestaan met enige hulp op afstand.
Zo brak ook de tijd aan dat ds. Huisman weer naar het oude vaderland kon terugkeren. Hij nam het beroep aan naar de gemeente Terneuzen en werd daar op 28 februari 1990 door de consulent en zijn vroegere studiegenoot ds. C. Harinck bevestigd (2 Kor 2: 17) en mocht zich diezelfde dag aan de gemeente verbinden met als tekst Joh. 3: 14 en 15 : "En gelijk Mozes de slang in de woestijn verhoogd heeft alzo moet de Zoon des mensen verhoogd worden, opdat een iegelijk die in Hem gelooft niet verderve maar het eeuwige leven hebbe". Hij was in deze gemeente alleen met zijn vrouw, omdat alle kinderen inmiddels in Zuid-Afrika getrouwd en dus achtergebleven waren. Na vijf jaren kreeg ds. Huisman wat lichamelijke klachten en werden enige operatieve ingrepen nodig. Gelet op de algehele gezondheidstoestand en het verlangen om de operaties te doen geschieden in de omgeving van kinderen en kleinkinderen werd in overleg met de kerkenraad besloten om het emeritaat aan te vragen, hetwelk hem op de classisvergadering van 24 april 1995 met ingang van 1 juni 1995 eervol werd verleend.
Op dinsdag 2 mei 1995 preekte hij afscheid van zijn laatste gemeente met als tekst 1 Kor. 15: 1 en 2., met als thema: "Het Evangelie van Jezus Christus" met als punten: 1. Verkondigd, 2. Aangenomen, 3. Behouden. De vaste ambtelijke verbondenheid van broeder Huisman, gedurende 17 jaar aan Nederlandse gemeenten en gedurende 17 jaar op het Zuid-Afrikaanse zendingsveld werd hiermede beëindigd. Hij behield het recht om zowel in de Nederlandse gemeenten als in de Zuid-Afrikaanse
gemeente te mogen voorgaan, maar zijn lichamelijke en
geestelijke conditie had hem dusdanige beperkingen opgelegd, dat
hij van dat recht geen gebruik meer kon maken. Op 15 december
2004 kwam aan de aardse loopbaan van Ds. L. Huisman een einde.
Hij mocht de leeftijd van 78 jaar bereiken.
Gedurende 34 jaren mocht hij -als een heraut van Zijn Koning-
het evangelie van vrije genade verkondigen. Toen klonk de Stem
van Zijn Meester: "Gij goede en getrouwe dienstknecht, gaat in
in de vreugde Uws Heeren en beërft dat Koninkrijk dat voor u
weggelegd is van voor de grondlegging der wereld".