Tekst |
15 En ik zeide: Wie zijt Gij, Here? En de Here zeide: Ik ben Jezus, die gij vervolgt.
16 Maar richt u op en sta op uw voeten; want hiertoe ben Ik u verschenen om u aan te wijzen als dienaar en getuige daarvan, dat gij Mij gezien hebt en dat Ik aan u verschijnen zal,
17 u verkiezende uit dit volk en de heidenen, waarheen Ik u zend,
18 om hun ogen te openen ter bekering uit de duisternis tot het licht en van de macht van de satan tot God, opdat zij vergeving van zonden en een erfdeel onder de geheiligden zouden ontvangen door het geloof in Mij.
19 Daarom, koning Agrippa, ben ik dat hemelse gezicht niet ongehoorzaam geweest, |